1933: Hitlers weg naar de macht
Met de economische wereldcrisis op de achtergrond slaagden Adolf Hitler en de NSDAP erin in het jaar 1933 formeel legaal aan de macht te komen, deze legaliteit was echter ten hoogste een van de weg naar de rijkskanselarij, maar niet een van de uitoefening van dit ambt. De machtsovername door Hitler betekende de volledige vernietiging van de toch al verzwakte democratie in de Weimarrepubliek.
In het kader van de gelijkschakeling drongen de nationaal-socialistische opvattingen in alle levenssferen en fundamentele rechten van de mensen in, zo werden b.v. het recht op vrijheid van meningsuiting, de persvrijheid en de politieke vrijheid beperkt resp. opgeheven.
Naast de vervolging van politieke tegenstanders – alle partijen behalve de NSDAP werden verboden – begon ook de vervolging van „niet-Ariërs“ zoals b.v. joden alsook geestelijk en lichamelijk gehandicapten. De gedetineerden werden naar concentratiekampen en in veel gevallen verder naar vernietigingskampen gedeporteerd.
Ook in het Emsland waren er 15 van dergelijke concentratiekampen waarin hoofdzakelijk politieke tegenstanders, strafgevangenen en met het begin van de Tweede Wereldoorlog ook in toenemende mate krijgsgevangenen werden gedetineerd.
Hitler wist de bevolking enthousiast voor hem te maken en zijn ware bedoelingen te verbergen.
Ook vandaag is het opkomen voor de democratie een absoluut noodzakelijke taak, want democratie bestaat niet uit zichzelf, ze vraagt de actieve en bewuste vormgeving door alle staatsburgers. Aversie tegen de politiek, intolerantie alsook een politieke desinteresse brengen de door harde strijd verkregen democratische rechten op vrijheid in gevaar.
omhoog